Wachtwoord 4 gedichten
Wachtwoord
Gebogen over haar zorggebied,
houdt, aan den rand van dit heelal,
de ziel bespreking met het niet:
of het nog uitleveren zal,
het krachtens liefdes protocol
bij haar behorende verschiet,
waarvoor de dood zijn halt gebiedt;
tenzij mijn lied het wachtwoord vindt,
dat hem verblindt.
Gerrit Achterberg
De voortekenen
Soms was zij heel de dag met zichzelve alleen.
langzaam boog zij zich dan af naar de wand
en zij verdween in onzichtbare verten; hij bleef alleen
achter, wachtende of zij wel keren zou uit dat land.
later keerde zij dan, maar zij was zo doordrenkt
door vijandige geuren en vreemde, geheimzinnige glansen,
dat hij zich door haar kussen verraden vond, en zich, gekrenkt
door de tederheid van haar machteloos en vermoeid erbarmen
langzaam uit de angst van haar tengere armen bevrijden moest.
Eerste periode (1919-1926)
Schrijver: Hendrik Marsman
HOLLAND
De hemel groots en grauw.
daaronder het geweldig laagland met de plassen;
bomen en molens, kerktorens en kassen,
verkaveld door de sloten, zilvergrauw.
dit is mijn land, mijn volk;
dit is de ruimte waarin ik wil klinken.
laat mij één avond in de plassen blinken,
daarna mag ik verdampen als een wolk.
Tweede periode VIII (1929-1933)
Schrijver: Hendrik Marsman
Het schilderij
Een oud en donker schilderij
boven mijn ledikant.
Bij nachten blijft het licht opzij
tot aan den rand.
Van de figuur is niets te zien;
het is nu donker in dat land.
O schilderij o schilderij
boven mijn ledikant.
‘k Herinner mij nog uit vandaag:
het zijn twee mensen, hand in hand
liggende op een bloemenwei;
het is voorbij het is voorbij
het is een donker schilderij
gehangen aan den wand.
Gerrit Achterberg