Naaldbomen
...
Naaldbossen komen van nature voor in klimaten met koude winters en genoeg neerslag, of in warmere klimaten wanneer de bodem niet voedzaam genoeg voor loofbos is. Naaldbossen komen zowel voor in landklimaten, zeeklimaten als gebergteklimaten.

In Midden-Europa komen ze dan ook vooral voor op (voedselarme) zandgronden en hogerop op berghellingen tot aan de boomgrens. Bossen op voedselarme zandgronden zijn gevoeliger voor schade door zure regen met als resultaat in extreme gevallen zelfs bossterfte. Naaldbomen hebben geen vlakke bladeren, maar naaldvormige bladeren. In het grootste gebied van Scandinavië, waar de winters te koud zijn voor loofbossen, groeit slechts naaldbos. De zone waar alleen naaldbossen groeien wordt taiga genoemd en in het noorden begrensd door de toendra. De taiga strekt zich behalve over Scandinavië uit over het grootste deel van Siberië en Canada.

In Nederland zijn in de tweede helft van de negentiende en de eerste helft van de twintigste eeuw op de Veluwe, in Noord-Brabant en in Drenthe veel naaldbossen aangeplant om zandverstuiving tegen te gaan en hout te leveren voor de mijnbouw in Limburg. Momenteel worden veel aangeplante naaldbossen geleidelijk weer omgevormd tot natuurlijker loofbossen

Bron: Nederlandse Wikipedia

( 346 )

Add comment