Geluiden in de heimwee-hut

Het is niet langer stil in de heimwee-hut. Geluiden dringen tot me door. Een zangstem en een akoestische gitaar. Een lied over de liefde. Maar het zijn deze keer geen herinneringen. Er klinkt een zangerige belofte in de lucht. De bankjes moeten opgeknapt worden. Waarschijnlijk een weekend flink doorwerken. De oude kachel kan zo weer dienst doen. De gordijnen hangen scheef. De muziek uit de oude radio klinkt zacht. De vogels hoeven het niet te horen. Dat hier weer iemand aanwezig is.
Ik loop naar de tafel om de radio uit te zetten. Ik heb geen radio nodig om liedjes te zingen. In mijn rugzak zit een thermoskan met koffie. Waarschijnlijk is hier al die tijd niemand geweest. Op de grond liggen nog dezelfde oude papieren met geschreven gedichten. Het is me toen niet gelukt. En het zal me in de toekomst waarschijnlijk ook niet meer lukken. Het is heel goed dat ik ben gestopt met gedichten schrijven. Ik kan me nu veel beter op geluiden concentreren.
Toen ik nog gedichten schreef zag ik alles in beelden, nu hoor ik bij alles muziek.
Het is fijn om weer terug in de heimwee-hut te zijn. En het is ook goed dat ik alle oude foto’s in de kachel heb verbrand. Nu kunnen ze me niet meer chanteren, met hun discutabele discussies, blijmoedig gesteund door hun achterban. Nu mogen ze mij haten om wie ik ben, zonder hun achterbakse maniertjes.
De mooiste liedjes heb ik uit mijn hoofd geleerd. Dat komt nu goed van pas, want de radio heeft het begeven.


 


 

© Jeroen Splinterman. Dit werk blijft te allen tijde eigendom van de auteur. Zonder zijn/haar toestemming mag dit werk niet gebruikt worden voor andere doeleinden dan lezen.    
Add comment