november 1982
“Een trieste zwerver liet zijn magere buik zien onderweg naar het natte park, toen hij voorbij liep naar een droom die beter bij hem paste. Herfstmist speelde een schaduwspel van koude melodieën. De oude kromme boom keerde zijn rug niet meer naar de hemel onder de wolken. Mensen liepen zonder dromen voorbij op weg naar niets in de nabije toekomst.”
Terwijl Violette Z. het eerste hoofdstuk aan het schrijven was, van een misdaadroman die zich afspeelde in het nachtleven van Parijs, bracht de zielige Joop van Teil een tas vol oude spullen naar Kringloopwinkel Het Rommeltje. Een winkel met tweedehands spullen die niet ver van zijn huis was te vinden. Een gezellige winkel die druk bezocht werd door de arme mensen van de stad. Niet de allerarmste, de mensen die uit de vuilnisbakken aten, maar de mensen die nog een klein beetje te besteden hadden. Joop van Teil kreeg niets voor zijn spullen. Dat kon hem ook niets schelen, hij was zijn herinneringen kwijt.
Ook in Utrecht Oost viel de regen met bakken uit de hemel.
De jeugdige Bjarne kreeg soms kippenvel wanneer hij zich realiseerde dat hij de schoonheid van zijn erudiete hospita niet langer aantrekkelijk vond en zich heimelijk aangetrokken voelde tot iemand die nota bene van hetzelfde geslacht was.
Een verboden liefde was de omgang als minnaar van zijn hospita al die tijd al geweest, maar waar zijn hart nu voor te keer ging. Dat was voor een andere muze. De jeugdige Bjarne besloot deze in zijn ogen zo dwaze begeerte voorlopig in de kast te houden.
En wat hem betreft was het een brandkast. Het bezorgde hem kippenvel wanneer hij er aan dacht dat iemand die brandkast kon kraken. Dan lag al het goud van zijn hart op straat. Emma zou hem uitlachen en hij zou nog meer kippenvel krijgen.
Bjarne probeerde zich voor de geest te halen wie Esther Bevillia was. Ze had zich wel aan hem voorgesteld, maar op de een of andere manier was ze uit zijn gedachten verdwenen.
Jan Boter liet weer van zich horen via zijn jeugdige compagnon Maarten. Welke haiku over de herfst Bjarne het mooiste vond wilde hij weten. Bjarne had in het boek gelezen en zijn keuze was niet moeilijk:
De nacht wordt dieper
en de slaap in de dorpen;
ruisend valt water
Buson
Bjarne scheurde een lege bladzijde uit zijn scheikundeschrift en hij schreef de haiku die over de herfst ging met sierlijke letters over. Hij vouwde de bladzijde en gaf het papier aan Maarten mee.
Dat Gerard Vroeg ook gedichten schreef kon de jeugdige Bjarne Gosse niet weten. Bjarne wist dat Gerard soms met naar liefde snakkende mannen meeging wanneer hij geen geld had voor zijn dagelijkse bestaan. Bjarne wist dat Gerard als travestiet in een rockband speelde. Basgitaar en zang.
Bjarne Gosse wist dat Gerard Vroeg soms succes had, maar dan weer in de put raakte. En Bjarne Gosse en wist dat Gerard lekker kon tongzoenen. Uit eigen ervaring.
Dat Gerard gedichten schreef had hij Bjarne nooit verteld. Misschien aan zijn andere vrienden, die hem soms geld toestopten wanneer hij eenzaam was, maar niet aan Bjarne, die hem vaak tegenkwam in de kroeg de Nachtraaf.
Het fascineerde Bjarne onmiddellijk dat de vrouwelijke innemende Gerard Vroeg gedichten schreef. Het maakte de ontmoetingen in de Nachtraaf interessanter.
In dezelfde kroeg kwam Bjarne hem vrijdagavond tegen met een brief in de hand. Een brief van een uitgeverij die zijn gedichten in een bundel wilde gaan uitgeven. Enthousiast begon hij uit die brief voor te lezen terwijl hij over het linkerbovenbeen van Bjarne wreef.
Bjarne schrok en hij voelde zich onbehaaglijk in deze situatie. Hij zocht een smoes en ging naar huis om zijn roes uit te slapen.
“Lieve Bjarne wil je met mij trouwen?” naast Bjarne stond een in het wit geklede Gerard.
Het duurde lang voordat Bjarne wakker werd uit zijn bizarre droom.
december 1982
De decembermaand van het memorabele jaar 1982 was aangebroken. Op de Middelbare Tuinbouwschool werd het sinterklaasfeest sober gevierd. Arthur had een clownspak aangetrokken en hij droeg een lange witte baard om zijn langzaam uitgesproken zinnen indrukwekkend te laten klinken. Carla, Judith en Ingrid droegen korte rijmgedichten voor die gingen over de deugden en ondeugden van hun klasgenoten. Het was een grappig en gezellig samenzijn en tot zijn grote vreugde nam Bjarne de chocoladeletter B mee naar huis.
Bjarne Gosse zat op zijn bed te mijmeren.
Emma Petronella, hospita en zijn geliefde was altijd het haantje geweest als het ging om de pikorde in hun geheime relatie. Zij droeg de broek in huis en zij was degene die het op haar heupen kreeg en bevelen uitdeelde.
Bjarne probeerde dikwijls zijn kippenvel te verbergen, maar de huivering werd steeds heviger. Ze liep altijd schaars gekleed door het huis. Uitdagend om haar magnifieke fysieke schoonheid te tonen. Dat kon hij haar niet verbieden, het was immers haar huis. Haar prachtige herenhuis.
Het was toch wat verwarrend om de vrouw met wie hij al die tijd de liefde had bedreven zo uitdagend door haar herenhuis te zien wandelen. Bjarne had het gevoel dat ze het expres deed. Ze droeg vroeger nooit lingerie en nu leek het voor haar een obsessie te worden. Naast de literatuur was lingerie nu haar nieuwe fetisj. Het nieuwste van het nieuwste moest ze hebben. En ze had er het geld voor.
Bjarne at het laatste gedeelte van de ooit zo kostbare B op om nogmaals de chocolade te proeven.
Hij moest er in mee gaan. Emma daagde hem voortdurend uit. Ze had een leren broek voor hem gekocht en een leren motorjack en dan knielde ze voor hem, aan het pronken met haar borsten in haar nieuwste lingerie. Ze zag er onweerstaanbaar uit met haar kunstig opgemaakte ogen en haar donkerpaarse lippenstift.
Bjarne kreeg kippenvel. De omstandigheden veranderden niet. Hij was het vitale speeltje geworden van zijn behaagzieke hospita, maar de wind van zijn muze woei steeds vaker naar Kees. Kees Broodakker, met zijn emotionele voordrachtskunst en vrolijke ogen. Met zijn beschaafde puurheid en elegante verschijning.
Diezelfde Kees Broodakker had naar Bjarne een brief gestuurd die voornamelijk ging over een verhaal dat hij geschreven had over de gele kanarie van zijn buurvrouw Thea. Merkbaar teleurgesteld was Bjarne na het lezen van die brief. Niet teleurgesteld over die gele kanarie, want die kon volgens het verhaal van Kees heel goed zingen, maar teleurgesteld over het feit dat Kees helemaal niets over hem of over ‘ons’ had geschreven. Want het was ondertussen voor hem wel ‘ons’ geworden wanneer hij in zijn eentje aan de aantrekkelijke Kees Broodakker dacht.
De jeugdige Bjarne kon zich aan de andere kant wel voorstellen dat het Kees fascineerde hoe zijn welbespraakte buurvrouw aan haar gele kanarie hechtte en de vogel een geheel eigen melodie had leren zingen.
Bjarne was toe aan een goed gesprek, Emma was in het buitenland, Peter was hard aan het werk voor een nieuwe tentoonstelling en Kees Broodakker schreef verhalen die nooit over “ons “ gingen.
Bjarne besloot het op een akkoordje te gooien met zijn geweten, hij liet het studeren voor wat het was. De fles rum in de drankkast van de afwezige Emma was te verleidelijk. In de winkel op de hoek van de straat verkochten ze flessen cola. Bjarne had verschrikkelijke dorst naar de avond van het wilde verlangen. Hij wilde de bloemen buitenzetten, dansen, zuipen, flirten, met een wilde bloem in bed belanden. De gele kanarie van buurvrouw Thea kon hem verder een worst wezen. Het was de buurvrouw van Kees Broodakker, niet de buurvrouw van hem, Bjarne Gosse.
Als Kees Broodakker nog steeds niet in de gaten had dat Bjarne verliefd op hem was, dan was Bjarne waarschijnlijk ook niet verliefd op hem. Bjarne begon te proosten op het vergeten. Hij nam nog een slok op het duistere geluk.
De mix van rum en cola gleed gemoedelijk over zijn tong. Er was een studentencafé dat bekend stond om het losbandige vrouwelijke schoon dat daar verpozing zocht tussen de jong geleerden. Bjarne besloot zijn kansen schoon te poetsen. Emma ging zo vaak vreemd dat het niet raar zou zijn wanneer hij een keer een slippertje zou wagen. Hij was vastbesloten de longen uit zijn lijf te dansen en de vrouwen te laten glunderen.
De leren broek die Emma voor hem had gekocht zat strakker dan ooit. Hij had een nieuw stalen ros aangeschaft, die oude roestbak was te gaar om door te zakken. Plastic bloemen op de bagagedrager om het rijwiel te herkennen. Bjarne had nog een oude bouwvakkers-blouse met rode ruiten, die goed bij zijn leren beenbekleding stond. Hij spoot het geurtje dat hij van Arthur had gekregen over zijn schouders.
Bob Marley klonk door zijn kamer toen hij zich aan het indrinken was. “Could you be loved” Het kreeg een betoverende betekenis om deze woorden te horen.
Het werd een avondje uit om nooit te vergeten. Tegen middernacht ging het dak er af. Toen wist Bjarne nog niet dat hij uiteindelijk met Thea tussen de lakens zou belanden. Niet de Thea van de gele kanarie, de buurvrouw van Kees Broodakker, maar de Thea van de biscuitjes en de kamillethee.
Ze waren naakt, niet onervaren, en het maanlicht deed de rest. Een diepe slaap overviel Bjarne tot aan de ochtendstond. Hij had een prachtig plan om Emma te behagen. Hij wist dat Gerard Vroeg iemand kende die de mooiste gele kanaries verkocht.
Schrijver: Bjarne Gosse