De Nachtraaf

Tijdens het fietsen naar het logeerhuis van Berend in de Wittevrouwenbuurt dacht de jeugdige Bjarne na over zijn jeugd. Zijn dikwijls verwarde moeder had een mystieke achtergrond. Ze kon erg opgaan in haar geloof en verloor zichzelf soms in mysterieuze rituelen. Zijn afwezige vader was een nuchtere handarbeider die zichzelf niet goed kon uiten. Hij hield zijn emoties voor zichzelf, totdat het hem teveel werd en hij een woede aanval kreeg, waar de moeder van Bjarne wanhopig op reageerde.

Op school was het Arthur die in de pauzes met zijn bravoure voor het vermaak zorgde. Hij was populair bij de meiden. Truus, Trudy en Anneke en Ingrid hingen telkens aan zijn lippen.

Bjarne had deels dezelfde zenuwtrekjes als Kees Broodakker. Ze hadden zich er nooit over uitgesproken, al die jaren dat ze naast elkaar in de klas zaten.

 

Bjarne begreep over Kees dat hij het thuis niet makkelijk had. Zijn vader was dikwijls van huis op zakenreis en zijn moeder kon de eenzaamheid nauwelijks aan.
Jammer dat hij zo snel was gestopt met de opleiding. Kees had het maar een paar maanden volgehouden. Misschien zou hij succesvol worden als fotomodel? Bjarne kon het alleen voor hem hopen. Hij had er zeker het uiterlijk voor met zijn blonde haren en blauwgroene ogen.

Er was een nieuwe kroeg in de stad. De Nachtraaf. Boven de deur was een grote afbeelding van een raaf te zien. De kroeg had een donker gedeelte met tafels en stoelen en een gedeelte met meer licht waar de mensen stonden en een kleine ruimte waar af en toe ook gedanst werd. Het bier was er goedkoop en de kroeg was al vrij snel populair bij scholieren en studenten.

Bjarne Gosse was er al een keer geweest. Hij had met een leeftijdsgenoot gesproken. Ene Gerard. Gerard Vroeg.
Hij vertelde dat hij gitaar speelde, basgitaar. Ze konden goed met elkaar opschieten, Gerard Vroeg en Bjarne Gosse.

 

Ze spraken af om elkaar vaker te ontmoeten in de Nachtraaf, waar Bjarne ook bekenden van school tegenkwam.

Omdat Bjarne niet gewend was om bier te drinken raakte hij na twee biertjes al behoorlijk aangeschoten. Dat maakte verder niets uit, het was altijd gezellig in de Nachtraaf. Iedereen stond druk met elkaar te praten en er werd gelachen en gedronken.

Gerard Vroeg gaf de olijke Bjarne ongevraagd een recept voor noodgevallen bij tijden van honger en armoede. Een boterham met pindakaas en schijfjes komkommer met een beetje sambal. Bjarne moest het maar eens bij hem komen eten zei hij met zijn door het vele roken schor geworden stem. Hij had iets wilds in de blik van zijn ogen. Alsof hij maar half wist wat beschaving was en overal schijt aan kon hebben.
Even later keek hij toch weer lief uit zijn ogen en viel het Bjarne op dat Gerard Vroeg vrouwelijk was voor een man. Gerard kende veel mensen in het Utrechtse uitgaanscircuit, wanneer hij niet met Bjarne aan het praten was stond hij zo weer met iemand anders te praten. Af en toe stelde hij Bjarne aan iemand voor, maar door het rumoer en alle indrukken vergat hij de namen weer en bleven het toch vage onbekenden voor hem.


Af en toe vertelde Gerard iets over zijn verleden. Bjarne begreep dat hij net als hij uit een arm gezin kwam. Zijn vader was analfabeet en zijn moeder was dikwijls verward en onbetrouwbaar. Gerard had zijn eigen weg in het leven gevonden en daar hoorde voor hem veel drinken uitgaan en vrouwen versieren bij.

 

Bjarne keek een beetje tegen hem op. Het fascineerde hem dat hij zo anders was dan andere mensen.

 

Bjarne was bang dat hij Bjarne saai zou vinden, maar dat bleek niet zo te zijn. Zodra Bjarne in de Nachtraaf verscheen kwam hij naar hem toe en bood hij Bjarne een biertje aan.

 

Plotseling verscheen er een jonge vrouw in de ooghoeken van Gerard Vroeg.
“Later Bjarne” zei hij kort en hij liep richting de jonge vrouw.
Bjarne besloot een biertje te bestellen. Toen hij het glas had leeg gedronken zag hij Gerard zoenen met de vrouw die hij kort daarvoor had ontmoet. Het werd de hoogste tijd om zijn eigen plek weer op te zoeken. De bank in de woonkamer van het studentenhuis. Bjarne probeerde een liedje te fluiten toen hij op de fiets door de wind vloog.
De druk bezochte Nachtraaf was zijn favoriete kroeg geworden. Bjarne Gosse wist dat hij er nog vaak naar toe zou gaan.

 

We leven in een kleine wereld” zei de donkerblonde moeder van Bjarne altijd wanneer ze het even niet zag zitten omdat er een huisdier was gestorven. Misschien had zijn moeder daar gelijk in, maar het voelde voor Bjarne juist of de wereld steeds groter werd.
Hij was een ander leven begonnen, nu hij uitgevlogen was en op zichzelf was aangewezen. Nu Bjarne niet langer deel uit maakte van een gezin met problemen.

Die late voorjaarsmiddag fietste Bjarne weer terug naar de woning van de zes jaar oudere Berend. Naar zijn huis waar hij tijdelijk logeerde. Bjarne vertelde hem het verhaal. Berend geloofde hem niet toen Bjarne vertelde over de aantrekkelijke Emma.
Berend bleef ernstig. Hij vroeg of Bjarne sleutelgeld had betaald.
“Nee, ik hoefde geen sleutelgeld te betalen”, zei Bjarne en hij begon opnieuw op te scheppen over de schoonheid van zijn toekomstige hospita.
“Heb je gevraagd of je de keuken mag gebruiken?” vroeg zijn vriend Berend aan Bjarne.
“Ja, ik mag de keuken gebruiken en de badkamer en de wc, het zit allemaal bij de huur inbegrepen!”
“Heb je de keuken gezien?” “Nee, ik heb de keuken niet gezien, maar het is een mooi huis, dus dat zal wel goed zitten”, antwoordde Bjarne, terwijl hij besefte dat het dom was geweest om niet even een kijkje in de keuken te nemen.

 

Die avond kon de donkerblonde Bjarne maar moeilijk in slaap vallen op de bank in de woonkamer van Berend. Die boekenkast, de schoonheid van Emma, de onzekerheid over de keuken, alles bleef in zijn hoofd spoken. Toen hij eindelijk in slaap viel belandde hij in een magnifieke droomwereld.
Het was een kleine wereld met overzichtelijke droombeelden. Geuren, kleuren, geluiden, Bjarne leek ze in zijn droom te kunnen waarnemen.

 

De aantrekkelijke Bjarne stond in een gele zwembroek op het balkon van zijn nieuwe kamer. Een kamer met een prachtig uitzicht over de stad en het stadspark. Alles leek grootser en mooier dan in werkelijkheid. Hij droeg een gouden horloge. En vogels zongen een prachtige melodie. Onder hem in de voortuin stond Emma in haar beeldschone rode jurk met gespreide armen Bjarne toe te zingen.
Het was warm en broeierig op de bank waar hij op sliep. Hij verlangde naar een bed. Een eigen bed om in te slapen. Een echt matras. Zijn droom nam hem verder mee in een wereld van fantasie.

Hij sprong van het balkon. Hij zweefde uren over alle plekken waar hij had gewoond. Het natuurgebied bij Amsterdam, zijn kleine tijdelijke kamer naast de kerk in Zeist. Zijn droom nam hem overal naar toe. Totdat Bjarne tenslotte weer in zijn zwembroek op het balkon stond. Hij droomde en droomde en belandde toen in zijn gele zwembroek in de armen van Emma Petronella. Zijn aantrekkelijke hospita die een aria zong die deed denken aan de hoogzang van een hoogbegaafde kanarie. Bezweet over zijn hele lichaam werd Bjarne wakker.

Het was lastig in het huis van Berend. Er woonden andere studenten. Hij had weinig privacy omdat hij in de woonkamer op de bank sliep. Verschrikt keek Bjarne om zich heen.
“We leven in een kleine wereld “ Hij herinnerde zich de woorden van zijn donkerblonde moeder, die zoveel pech had gehad in haar leven.

 

 Enkele dagen later in dezelfde week in het voorjaar:

Op de Middelbare Tuinbouwschool moesten de leerlingen voor Nederlands een aantal boeken lezen. Trudy uit Zeeland had een boek gelezen met de titel : De wereld is kleiner zonder jou. Er stonden ook gedichten in. Ze las er met een onzekere stem twee voor.
Arthur maakte een grapje en zei dat gedichten schrijven iets voor mietjes was. Bjarne Gosse vond het een domme opmerking omdat er echt belangrijke dichters in de wereld waren. Met een verveeld gevoel ging hij terug naar zijn tijdelijke woonplek. Het was druk in de woonkamer. Na een half uur gingen de studenten ieder weer terug naar hun kamers.
De telefoon ging in het herenhuis waar Bjarne voorlopig logeerde. Berend was niet thuis. De studenten waren niet meer in de kamer.
Hij aarzelde om op te nemen. Hij deed het toch. “Hallo met Bjarne Gosse in het huis van Berend Truit ” zijn stem klonk onzeker omdat hij moe was van een praktijkdag op school.
“Hallo Bjarne, wat leuk om jouw frisse stem weer te horen, je spreekt met Emma Petronella, jouw toekomstige hospita.” Er viel een korte stilte. Bjarne wist niet wat hij moest zeggen. Toen hoorde hij haar aanlokkelijke stem weer.


“Moet je horen Bjarne, ik weet dat je volgende week jouw spullen voor de kamer komt brengen en in je kamer komt wonen. Ik heb deze week een etentje met een goede vriendin van mij uit het schitterende Parijs in de woonkamer. Ik dacht dat het een leuke gelegenheid zal zijn om het huis alvast te leren kennen onder gezellige omstandigheden. Misschien vind je het leuk om mee te komen eten, want ik ben van plan een heerlijke uitgebreide maaltijd te maken omdat Victoria mij een prachtig tafellaken uit Parijs komt brengen.
Ik ben de dagen nadat jij hier je intrek hebt genomen voor een paar dagen weg naar Parijs omdat ik daar een lezing moet geven, dus het zou handig zijn als we al wat kunnen praten. Bjarne heb je zin om zaterdag te komen eten aan de tafel met het nieuwe tafellaken uit Parijs. Je weet het adres en je bent wat mij betreft meer dan welkom om van mijn culinaire specialiteiten te genieten! Ik weet zeker dat mijn vriendin uit Frankrijk dat leuk zal vinden.”


De stem van de mooie vrouw die in de toekomst zijn hospita ging worden klonk uitnodigend en uitdagend. Bjarne had met een zwetende hand de hoorn van de telefoon vast.
Hij moest het allemaal tot zich door laten dringen. Ze ratelde net als zijn moeder. Dan wel niet in onvervalst Brabants Amsterdams, meer met een deftige tongval, maar het was toch veel informatie in een korte tijd. Bjarne Gosse was na aan het denken over een antwoord toen haar verleidelijke stem weer klonk.
“Ik zal je vast vertellen wat we gaan eten, ik ben gespecialiseerd in de geheimen van de Franse keuken.”
Bjarne probeerde iets te zeggen, maar hij bemerkte dat de stem van Emma een dwingende erotische toon begon te krijgen. Voordat hij het wist hing hij twintig minuten aan de telefoon om naar haar specialistische uiteenzettingen van haar favoriete recepten uit de Franse keuken te luisteren. Er was geen speld tussen te krijgen en er was geen hooiberg in de buurt. Het water liep Bjarne in de mond bij de gedachte aan al dat toekomstige lekkers. Hij was met zijn neus in de boter gevallen, nog voordat hij een kamer huurde werd Bjarne al verwend met verhalen over de fijnzinnige culinaire hoogstandjes uit de Franse keuken, voor hem persoonlijk klaargemaakt en met sierlijke handen geserveerd door ongetwijfeld de mooiste vrouw ter wereld: Emma Petronella.


Haar stemgeluid begon betoverende vormen aan te nemen, juist toen Bjarne dacht dat ze uitgebreid over het dessert ging oreren, onderbrak ze plotseling haar meeslepende monoloog met de opmerking: “Over het verrassende toetje vertel ik je later wel. De dame die bij ons te gast zal zijn heet Victoria Martin. Ze spreekt maar een klein beetje Nederlands, dus daar zal je rekening mee moeten houden“.

Bjarne probeerde iets te antwoorden. Er bleef een kikker in zijn strottenhoofd hangen. “Bjarne, ik zie je zaterdag om zeven uur, trek je mooiste kleren aan. We verheugen ons op jouw komst”

Hij was overrompeld. Bjarne had een half uur aan de telefoon gehangen. Hij had nauwelijks iets gezegd en hij had geen mooie kleren. “Tot zaterdag Emma Petronella”, mompelde hij.
“Tot zaterdag Bjarne. Ik verheug me op jouw komst. Echt waar” Bjarne dacht dat ze de telefoon ging ophangen, maar plotseling klonk weer haar indringende stem: “Je bent toch geen vegetariër Bjarne?” vroeg ze bezorgd.

Hij aarzelde omdat hij geen liefhebber van grote lappen vlees was. Toen antwoordde hij toch. “Nee mevrouw, dat ben ik niet.” Hij hoorde een lachje, ondeugend. En toen zei ze “Tot zaterdag Bjarne, trek je mooiste kleren aan.” Bjarne probeerde nog iets terug te zeggen, maar dat kon niet meer. De telefoonverbinding was verbroken.

Bjarne dacht na over zijn leven en wat de toekomst zou gaan brengen. Hij moest zo snel mogelijk aan mooie kleren zien te komen. Hij liep naar zijn spaarvarken om te kijken hoeveel geld daarin zat.
Het was niet veel, maar het moest genoeg voor een nieuwe broek zijn. Misschien kon hij een overhemd van Berend lenen.
“We leven in een kleine wereld” Bjarne hoorde de stem van zijn moeder weer. Hoe zou het met haar gaan na haar verblijf in de inrichting? Had ze de draad weer opgepakt na haar mentale inzinking? Hij wist het niet, want hij durfde er niet naar te vragen.

De volgende ochtend was het vroeg opstaan om te werken in het tuincentrum. Kamerplanten en planten voor in de tuin water geven en zo mooi mogelijk presenteren voor de klanten. Dode bladeren verwijderen, een stokje erbij zetten, de mooiste planten vooraan in de bak, om te verkopen.
Het was een zaterdag baantje dat Bjarne Gosse had om wat extra leef geld te hebben. Hij wilde ook sparen voor een eigen stereo-installatie, maar dat sparen ging langzaam omdat er weinig geld overbleef. Bjarne had al lange tijd geen nieuwe kleren meer gekocht. Vaak droeg hij dezelfde kleren als die hij al een tijdje droeg. Bjarne kreeg veel commentaar van Arthur over zijn oude kleren. Arthur droeg zelf de nieuwste snit, leren jasjes en mooie blouses. Hij had een eigen stuk grond met een kas op het erf van zijn vader. Daar kweekte hij Chrysanten en dat verdiende kennelijk goed.

Bjarne vroeg zich af waarom Arthur het altijd op hem had gemunt. Wat vertelde kleren eigenlijk over een persoon? Hij moest maar snel nieuwe kleren kopen, voordat de anderen hem ook gingen pesten.

Bjarne had een rugzakje vol stemgeluiden.

Hij wist niet meer welke stem hij moest geloven. Er waren stemmen die zeiden dat hij in de liefde moest geloven. Maar andere stemmen beweerden iets anders, wat vreemd was, want hij had de gedachte dat alle stemmen hetzelfde moesten zeggen. Niet alle stemmen konden hetzelfde vertellen. Er waren verschillende werelden en niet alle werelden waren Bjarne even vertrouwd. Er waren nog te veel vreemde werelden.

Het stemgeluid van zijn moeder had altijd vertrouwd geklonken. Maar toen hij er een tijdlang afstand van had genomen klonk het hem vreemd in zijn oren. Er was een vorm van onthechting gaande. Zijn moeder had niet in de gaten hoe vreemd ze in zijn oren klonk. Zij was in haar eigen omgeving gebleven en Bjarne had een nieuw en ander leven in een andere stad. Er was iets wat voelde als een bevrijding. Het gaf tegelijkertijd veel onzekerheid.

Het stemgeluid van Emma Petronella had een nieuw geluid laten horen. Er was een nieuwe man in Bjarne opgestaan. Een man die hem vertelde dat hij, Bjarne Gosse, in zichzelf moest gaan geloven.

 


Bjarne begon te spreken, maar er kwamen geen woorden uit zijn keel. Er bleef een vervreemdend zwijgen in zijn hart liggen. En in zijn hoofd klonk het geluid van een klok.

 

 

Bjarne begon de tijd anders te beleven. Er was niet langer die traagheid in het klagen van zijn moeder, niet langer de boosheid van zijn wereldvreemde vader. Emma bracht een nieuwe wereld in zijn leven. Een leven waarin er plaats was voor nieuwe indrukken.

 

 

Comments  
Een nieuwe ster schijnt aan het hemelfront boven de schapen en de koeien, die grazen op het grasland,
De buurvrouw in haar blote kont begint uit ergernis te loeien. Er is een wolf gesignaleerd.
Het schitterschijnsel van de sterrenhemel heeft de nacht verlicht en vindt zijn thuis in een gedicht.
Violette schrijft een liefdesbrief aan de wolkenvriend die tussen de heuvels zwerft.
Een nieuwe ster schijnt over het land van iedereen.
De mensen in Amsturia zijn gelukkig.
Add comment